Kraak de code
Algemeen (per organisatie)
- Duur – 40 minuten
- Deelnemers – min. 6 / max. 12
- Afmeting – Tussen startplaats lopers en hoepels: 10 meter
Materiaal
- Pion 2x
- Bal (klein) 2x
- Lintje 2x
- Dopje 2x
- Hoepel 8x
- Stip 12x (aantal deelnemers)
Organisatie
2 kinderen zitten op de gele stippen met beide een blaadje met dezelfde code getekend of geschreven.
De andere kinderen zijn verdeeld in 2 teams over de andere stippen. Bij beide teams ligt er een pion, bal, lintje en dopje.
Aandachtspunten
Zorg dat vooraf enkele codes zijn voorbereid om te gebruiken
Plattegrond
Oefenstof
Oefening
Probeer als team z.s.m. de code te kraken!
Het eerste kind van elk team rent naar de hoepels met een voorwerp (bijvoorbeeld de bal).
Vervolgens rent het kind terug en mag de volgende rennen met een voorwerp naar de hoepels (bijvoorbeeld de pion). Totdat alle spullen in een hoepel liggen.
Het kind dat het vierde voorwerp in de hoepel heeft gelegd moet luisteren naar het kind op de gele stip, die verteld namelijk hoeveel spullen er op de juiste plaats staan (bijvoorbeeld 1 goed.)
De kind rent terug naar zijn team en geeft door dat er 1 voorwerp in de juiste hoepel staat, maar welke dat is, weet je niet.
Het volgende kind rent zonder voorwerp naar de hoepels, maar mag 2 voorwerpen wisselen van plaats. Daarna zegt het kind op de gele stip hoeveel er goed zijn (bijvoorbeeld 2 goed).
Zo gaat het de hele tijd door totdat een team de juiste volgorde heeft staan.
Daarna mogen er andere kinderen op de gele stippen met een nieuwe code.
Eenvoudiger: Zeg welk voorwerp er op de juiste plek staat i.p.v. alleen te zeggen hoeveel voorwerpen er goed staan.
Uitdagender: Voeg een voorwerp toe (pittenzakje). Hierdoor zit er altijd 1 voorwerp niet in de code, maar je weet niet welk voorwerp dat is. De aantal hoepels blijven hetzelfde. Maak nieuwe CODES als je een voorwerp toevoegt.