Namenspel
Algemeen (per organisatie)
- Deelnemers – min. 6 / max. 12
- Afmeting – Elke stip 1 meter uit elkaar
Materiaal
- Dopje 11x (aantal deelnemers-1)
- Pittenzakje 1x
Organisatie
1 kind staat in het midden van de kring met een pittenzakje. De andere kinderen zitten in een kring op een stip.
Aandachtspunten
Pas de grootte van de kring aan op het niveau van de tikker (hoe groter de kring, hoe moeilijker het is voor de tikker)
Plattegrond
Oefenstof
Oefening
De begeleider noemt een naam. De tikker moet proberen om z.s.m. het pittenzakje op dat kind zijn/haar schoot de leggen. Het kind dat genoemd is moet proberen om de naam van een andere kind te roepen voordat het pittenzakje op schoot ligt.
Op tijd een andere naam gezegd? Dan moet de tikker het pittenzakje bij dat kind op schoot leggen.
Te laat een andere naam gezegd? Dan ligt het pittenzakje op jouw schoot en ben jij de nieuwe tikker.