JONG / Knallen! – Inleiding

Bokstraining

Algemeen (per organisatie)

  • Duur – 15 minuten
  • Deelnemers – min. 6 / max. 12
  • Afmeting – afmeting per vak: 3 bij 3 meter
  •  

Materiaal

  • Dopje 24x
  • Fluitje 1x

Organisatie

Elk tweetal staat in een vierkantje van dopjes.
Bij een oneven aantal kan je ervoor kiezen om als spelleider mee te doen of je maakt een drietal.

Aandachtspunten 

  • Zorg dat de kinderen op een afstand van elkaar staan, dat ze bij een gestrekte arm elkaar niet kunnen raken
  • Vuisten voor je gezicht houden (als verdediging)
  • Houd bij elke oefening de bokshouding aan
  • Wanneer een kind uit het vierkant stapt, moet er gestopt worden met boksen. Dit is voor de veiligheid van de kinderen.

  

Plattegrond 

Oefenstof

Oefening

Bokshouding:
1  voet voor, 1 voet achter, lichte buiging van de knieën, bolle rug, vuisten maken van je handen, je vuisten voor je gezicht houden.

Deel 1 – voetenwerk
De kinderen staan tegenover elkaar in een bokshouding. Kind A heeft de leiding. Hij/zij beweegt naar voren, achter, zijwaarts, bukt, stoot, etc. Kind B doet al deze bewegingen na in spiegelbeeld. Als kind A naar voor stapt, stapt kind B juist naar achter. Na 1 minuut fluit de spelleider en wisselen de kinderen van functie.

Deel 2 – aanvallen/ontwijken
De kinderen staan tegenover elkaar in een bokshouding. Kind A heeft de leiding. Hij/zij bepaalt wanneer hij/zij een stotende beweging maakt (langzaam) richting kind B. Kind A wisselt het stoten met links en rechts af. Kind B moet daarop reageren door zijn hoofd volledig te bedekken met zijn vuisten of met zijn hoofd opzij duiken en daarna weer in positie gaan staan.  Na 1 minuut fluit de spelleider en wisselen de kinderen van functie.

Deel 3 – combineren

Deel 1 en 2 worden gecombineerd. De kinderen staan tegenover elkaar in een bokshouding. Kind A heeft de leiding. Hij/zij bepaalt wanneer hij/zij een stotende beweging maakt (langzaam) richting kind B. Daarbij mogen de kinderen nu ook door het vak bewegen i.p.v. op 1 plek te blijven staan. Kind A wisselt het stoten met links en rechts af. Kind B moet daarop reageren door zijn hoofd volledig te bedekken met zijn vuisten of met zijn hoofd opzij duiken en daarna weer in positie gaan staan.  Na 1 minuut fluit de spelleider en wisselen de kinderen van functie.