Inleiding

Het snoepjes is voor...

Materiaal

  • Stippen 5x
  • Pittenzakje 1x

De organisatie

De kinderen zitten in een kring op een stip. Arie zit ook in de kring en heeft een pittenzakje.

Aandachtspunten 

  • Zorg ervoor dat er genoeg ruimte is tussen de stippen
  • Zorg ervoor dat ieder kind een keer het pittenzakje heeft gehad



Plattegrond

Oefenstof

De oefening

Arie begint met het snoepje. Hij zegt: ‘het snoepje is voor… (naam kind). Daarna gooit Arie het pittenzakje naar dat kind toe. Nu mag het kind met het zakje zeggen: ‘het snoepje is voor… ‘naam kind’. Enz..

Uitbouw: Naast ‘zeggen’ kunnen de kinderen het ook fluisteren, zingen, schreeuwen, uitbeelden, aanwijzen, enz.