Activiteit 1
Dobbel je moe
Instructievideo
Organisatie
De kinderen starten in twee teams rondom de dobbelsteen
Aandachtspunten
- Veiligheid: Zorg dat alle oefeningen rustig en met de juiste techniek worden uitgevoerd.
- Techniek: Let op een goede houding bij krachtbewegingen (rechte rug, gecontroleerde bewegingen)
- Samenwerken: Motiveer elkaar om oefeningen snel en goed uit te voeren
Oefening
Het speelveld wordt door midden gehakt en elk team heeft hun eigen vak. Daar staan de kinderen dan ook voordat het spel begint.
Het spel begint met steen-papier-schaar tussen de groepen; het winnende team mag als eerste dobbelen. Elk team probeert als eerste een totaalscore van 50 punten te behalen door oefeningen uit te voeren die gekoppeld zijn aan het gegooide dobbelsteennummer.
Een speler rent naar het midden van het speelveld, gooit de dobbelsteen en rent terug met het gegooide nummer. Het gegooide getal bepaalt de oefening en hoe vaak deze door het hele team moet worden uitgevoerd:
- 1: Plank – 5 seconden per speler.
- 2: Push-ups – 2 keer per speler. (mag op de knieën)
- 3: Lunges – 3 keer per been.
- 4: Jump squats – 4 sprongen per speler.
- 5: Sit-ups met klap – 5 keer per speler.
- 6: Jumping jacks – 6 keer per speler.
Na het voltooien van de oefening schrijft het team de punten op en mag de volgende speler van het team dobbelen. Het spel gaat door totdat één team de 50 punten (zelf te bepalen) heeft bereikt.
Plattegrond

Algemeen (per organisatie)
- Deelnemers – min. 6 / max. 12
- Afmeting – Vrije ruimte
Materiaal
- Dobbelsteen 1x
Activiteit 2
Springen maar
Instructievideo
Organisatie
De groep is verdeeld in 2 teams. En deze zijn verdeeld over de 2 verschillende touwspringoefeningen (kleine touwtjes en grote touw).
Aandachtspunten
- Volg het grote touw met je ogen en spring op het goede moment in.
- Probeer bij het kleine springtouw een ritme te vinden. Rustig beginnen, hierna kan je het tempo opvoeren.
Oefening
In één ronde worden 2 manieren van touwspringen uitgevoerd: met het kleine touw en met grote touw. Bij het kleine touw hebben alle spelers een eigen springtouw en maken ze zoveel mogelijk sprongen. Nadat de tijd gestopt is worden de punten bij elkaar opgeteld en dit totaal wordt gedeeld door 10. Bij bijvoorbeeld 120 sprongen zijn er dus 12 punten behaald.
Bij het grote touw springen de spelers steeds door het draaiende touw heen. Iedere goede sprong is een punt waard. De zwaaiers moeten goed samenwerken met de springers.
Plattegrond

Algemeen (per organisatie)
- Deelnemers – min. 6 / max. 12
- Afmeting – vrije ruimte
Materiaal
- Bucket 8x (2x rood, 2x blauw, 2x geel, 2x groen)
Activiteit 3
Boeren, Piloten en Veldwachters
Instructievideo
Organisatie
De piloten starten in het speelveld, de boeren en veldwachters in de thuisbasis en wachten op het signaal van de spelleider
Aandachtspunten
- Samenwerking is erg belangrijk door samen vooraf af te spreken welke communicatie te gebruiken
- Eerlijk spel (5 meter regel) is van groot belang
Oefening
De spelers worden ingedeeld in drie groepen: Piloten, Boeren en Veldwachters. Elke piloot wordt gekoppeld aan een boer, zij vormen een koppel. Zij moeten uit handen blijven van de veldwachter(s).
Elke piloot krijgt een ‘leven’. De (gestrande) piloten krijgen 2 minuten de tijd om zich ergens in het speelgebied te verstoppen. Vervolgens wordt het startsignaal gegeven. Het doel voor de boeren is: op zoek naar de aan hun gekoppelde piloot en hem in veiligheid te brengen (hand in hand naar de thuisbasis).
De veldwachter(s) mogen na 30 seconden het speelveld betreden. Het doel voor de veldwachter: voorkomen dat de boeren hun piloten veilig naar de thuisbasis brengen.
De piloot is gedurende het hele spel ‘kwetsbaar’ (kan door een veldwachter getikt worden). De piloot heeft twee levens. Wanneer hij voor de 1e keer getikt wordt, haalt hij zijn extra leven op bij de spelleider en mag zich daarna opnieuw verstoppen. Wordt de piloot voor de 2e keer getikt dan is hij uit het spel.
De boer is alleen maar ‘kwetsbaar’ als hij hand in hand loopt met z’n piloot. Als dit 2-tal getikt wordt door de veldwachter, dan wachten zij bij de thuisbasis tot de tijd om is. Het spel duurt maximaal 8 minuten.
Plattegrond

Algemeen (per organisatie)
- Deelnemers – min. 6 / max. 12
- Afmeting – een grote ruimte met verstopmogelijkheden
Materiaal
- Lintje 10x (oranje 5x / 5x blauw)
- Bucket 4x